De zoektocht met boodschappen.
Een vurs plekkien bol, vlees van de slager, en taart van alle bakkers zijn perfect. Een begrip op Urk, het moet veel en goed zijn.
Als een Urker dan op vakantie gaan word het grootste deel van de auto gereserveerd voor de boodschappen. Alles van de Urker leveranciers word zorgvuldig ingekocht. Want stel je voor, die vreemde bakker ziet er poedelig uit, en de slager heeft niet eens een lekker bieffien in de toonbank leggen voor de zondag. Heel eerlijk vind ik ook dat een Urker dikkertjen (gevulde koek) niet kan missen met een daggien weg.
Mijn man (die vreemde) vind dat alleen maar grote onzin, want in het begin als we opstap gingen nam ik ook van alles mee. Overal ter wereld kun je alles kopen, en als het er niet is is het een mooie gelegenheid om het eens anders aan te pakken. Tja dat gaat er vaak niet in bij Urkers. Vast geroest in de eet gewoonten. Toch ben ik nu wel sneller klaar met inpakken. Onderbroeken en een paar stelletjes en klaar. .
Toen ik trouwde en Urk verliet begon voor mij een ware zoektocht. Want waar is het brood te vinden dat net zo lekker is? Waar vind ik net een top stukje vlees en een goede bloemist waar de boeketten niet lijken alsof ze bij de tankstation vandaan komen.
De bakker was toch echt wel een dingetje. Saucijzenbroodjes zijn een begrip op Urk, dan baal je als hier bij de bakker ze en niet vers zijn en het vet eraf druipt. Een brood halen bij de supermarkt halen gaat er bij een urker niet in. Dus stond ik ervan versteld dat hier er mega veel in de supermarkt lag, en ‘s avonds ook alles op is. Net als een aardappel, niet uit de supermarkt, het liefst vers van de boer. Helaas, boer Zwier en ik vonden de afstand te groot. De bakker en de aardappelboer is gevonden, al moet ik er wel een flink ommetje voor rijden. Maar de taart haal je toch op Urk.
Taart bak ik tegenwoordig zelf, want ja een bakker hier kan niet tippen aan een Urker bakker. Collega’s kijken dan uit naar mijn verjaardag en vragen dan ijskoud of ik dan gebak van Urk meeneem. Maar ja, steeds op en neer rijden zou ik graag willen, maar helaas gaat dat niet altijd lukken. En geloof me, er zit verschil in een urker eigen baksel of een vreemde. Een enkele Urker durft een nieuw recept uit te proberen, mislukt dit word er nooit meer over gesproken. Lukt het super goed, dan heeft je buurvrouw je tante en je zus het ook op de volgende verjaardag.
Nu lag ik laatst zelf in de kraam, (we mochten een gezonde dochter Mirna ontvangen) en wat is het dan een zegen als je een moeder hebt, in totaal kwamen er 7 pompadours en opgespuite caken deze kant op. Menig vreemde was verrast dat ze een stukje taart kregen, met een beetje bowl toe hadden ze nog nooit meegemaakt aan een kraambed.
De bloemen moet ik helaas ook voor rijden, want een knap bloemetje op tafel is wel een must. Een vreemde heeft weinig groen in huis, dat geeft snel een slaapkamer of kaal gevoel in je huis. Daarbij houdt een urker van verandering, dus is het de ene week een bosje tulpen en de volgende week een kleurrijk boeket.
Als je goede producten levert loopt je zaak ook goed. Logisch, maar op Urk zie je dat erg sterk. Waar de winkel aan de wal met mindere producten eindeloos door moddert, is op Urk de zaak al lang failliet. Lever je een goed product heb je heel Urk mee. Want dat word wel doorvertelt op de koffie.
Ik denk dat het bij menig Urker vaker op een verjaardag of feest lijkt, (elk weekend en krans avondje) dan dat er werkelijk iets te vieren is. De slager is hier dan ook helemaal op ingespeeld op Urk. De kant en klare hapjes liggen al in de vitrine op je te wachten. Even in de oven en klaar, aan de walle wil ik dit vanzelf evenaren en sta ik dus de hele dag in de keuken.
Heb je het zweet in je hemd gewerkt, dan nemen ze ‘s avonds ok nog niets, of uit bescheidenheid (als het bij een Urker om eten gaat, kennen ze dat niet) of totdat ze eindelijk er achter zijn dat het toch wel erg lekker is. Dan eten ze het met vingers en al op. Ze kunnen niet zeggen dat ze te kort hebben als ze bij mij komen. Blij was ik toen ik laatst onverwachts Urkers over de vloer kreeg. De pan met kippetjes ging slikkend op, m’n voorraad nootjes en chips-waren ook meteen. Maar uiteindelijk mensen, geldt voor ons allen nog steeds, elk pondje gaat door het mondje.